Uit
het Algemeen Dagblad:
Door
Wilfred Jonkhout
Als
uw zoon Olivier heet, is de kans groot dat u niet op een houtje
hoeft te bijten. Maar heet uw dochter Melissa of Tatjana, dan baadt
u waarschijnlijk niet in weelde.
Goedbetaalde
Nederlanders zijn veel traditioneler in de naamgeving van hun kinderen
dan minderbedeelde landgenoten. In de lagere sociale klassen laten
ouders zich meer beïnvloeden door televisie, film of popartiesten.
De
kindernamen die in de middengroepen worden gegeven zijn daarentegen
vaker trendvolgend. De populairste en sociaal meest geaccepteerde
voornamen worden doorgaans in deze groep vergeven. Dat blijkt uit
een onderzoek naar het gebruik van voornamen van het Meertens Instituut,
dat de Nederlandse taal en cultuur bestudeert, en de Universiteit
van Utrecht. Opvallend resultaat was dat in de lagere inkomensgroepen
vaker namen worden gegeven die eindigen op een 'a', waar in de villaparken
en bungalowwijken namen die eindigen op een 'e' erg in trek zijn.
Zo zullen Charlotte of Eline eerder van goede komaf zijn en hebben
de ouders van Tamara, Samantha of Melissa waarschijnlijk een maandinkomen
dat onder modaal ligt.
De
lijst van 'dure' namen wordt aangevoerd door Florentine, Emilie,
Quirine bij de meisjes en Olivier, Duco en Philip bij de jongens.
Dubbele namen zoals Jan-Jaap en Anne-Louise komen in de top 25 van
de chique namen niet meer voor. Daarmee is het vooroordeel ontkracht
dat dit de favoriete namen bij de rijken zijn.
Wel
is volgens de 'naamkundigen' aangetoond dat de welvarende Nederlanders
vaker meer voornamen uitdelen. In het katholieke zuiden komen twee
of drie doopnamen veel vaker voor. Daar is de gewoonte dus niet
'inkomensafhankelijk'. Bijna de helft van de kinderen krijgt tegenwoordig
één naam, ruim 30 procent krijgt twee namen, ruim
17 procent drie en slechts 2,5 procent krijgt vier voornamen. Vijf
of meer voornamen komt uiterst zelden voor.
Uit
eerder onderzoek in 1995 bleek dat ruim 32 procent van de kinderen
wordt vernoemd naar familieleden. Bijna net zoveel kinderen krijgen
namen die volgens de ouders 'mooi klinken'. Maar een kleine 5 procent
vernoemt zoon of dochter naar idolen. Ruim 4 procent haalt de naam
van de pasgeborene uit boekjes.
Bijna
een kwart van de Nederlanders tussen de 35 en 65 jaar oud is in
meerdere of mindere mate ontevreden over zijn voornaam. In Amerika
hebben wetenschappers ontdekt dat mensen met sterk afwijkende voornamen
vaker psychiatrische hulp nodig hebben dan mensen die John, Tom
of Joe heten.
Bron:
Algemeen Dagblad
Door: Wilfred
Jonkhout
(14-10-2003)
Terug
naar hoofdpagina
|